woensdag 31 augustus 2011

Wilde bloemen in ons dorp (deel 1)

Vlak na mijn vakantie. Een prachtige ochtend waarin de zon ons dorp verwarmde en een zachte gloed wierp over alles wat groeide en bloeide.

Terwijl ik door het kamerraam een blik naar buiten werp en geniet van de zon in mijn tuin, borrelt de gedachte naar boven om lekker naar buiten te gaan. Te genieten van dit zeldzaam heerlijke weer. Even later pak ik mijn fiets om een rondje dorp te maken.

Als ik weg wil rijden bedenk ik mij nog net dat het misschien leuk is mijn toestel mee te nemen voor het geval ik iets moois tegenkom. Ik denk dat ik uiteindelijk meer naast de fiets dan op de fiets gezeten heb, want wat valt er veel te zien ...





vrijdag 26 augustus 2011

Mooi Duitsland

Nog even terug naar een weekje Duitsland. En wel een Duitsland op z'n mooist. Vaak van die plekken waar je zomaar aan voorbij gaat. In Nederland gaat de eerste foto door voor achterbuurt of onverzorgd, maar in Duitsland levert het een prachtige foto op en hoort het helemaal bij de omgeving waar je je in bevindt. Zou het bijna zonde zijn om hier iets aan te doen.



woensdag 24 augustus 2011

Dat is pech! Of juist geluk?!

We rijden in een gestaag tempo naast elkaar. Mijn hand rust op zijn rug om hem mee te nemen op mijn ritme. Dat gaat wat sneller, want de regen valt met bakken uit de hemel. Alweer.

We gaan in een flink tempo de bocht door als zoonlief onderuit gaat, mij in zijn val meenemend. Gegil en gehuil is het antwoord op de val. Niet alleen dat, maar ook stekende pijnen en bloed. Maar dat is mijn minste zorg. Zoonlief ligt onder mij en ik moet mijn vreselijk huilende ventje onder mij vandaan zien te krijgen.

Ik sta op ook al doet alles pijn. Een stekende elleboog belet mij om mijn schreeuwende zoon te troosten. Hij komt onder de fietsen vandaan en blijft maar huilen. Ik laat mijn vervelend stekende arm hangen en vraag zoonlief wat er is. Hij maakt zich vreselijk zorgen om broerlief die ergens buiten loopt in het onweer. Wat als de bliksem hem raakt. Ach de schat. Ik maak mij daar allerminst zorgen over, want broerlief loopt niet in zeven sloten tegelijk.


Ik heb zo’n pijn dat ik niet direct zoonlief kan bekijken op al z’n bulten. Maar huilen en rondlopen is een goed teken. Nergens bloed … ook fijn. Bij mij dan, maar dat is van later zorg, we moeten thuis zien te komen.

Wat fijn dat er mensen zijn die je even te hulp schieten en vragen of ze iets voor je kunnen betekenen. Dat doet goed, maar ik wil naar huis. Kijken wat er aan de hand is. De sturen staan fors scheef, maar we kunnen nog fietsen. Mijn arm slap langs mijn lijf.

Als we thuiskomen vraag ik m’n oudste of hij alsjeblieft broodjes wil smeren. Terwijl ik de schade bekijk komt hij met een rijstwafel met pasta boven. Voor mij …
Als ik beneden kom doet hij net een koffiepad in de Senseo. Ook voor mij …


Dan haalt hij een laken en kussen van boven voor z’n broertje die met een pijnlijke elleboog op de bank zit. Broertje heeft ook een rijstwafel met pasta gekregen. Dan pas gaat mijn oudste zitten om zijn rijstwafel soldaat te maken.

Even vergeet ik mijn pijn en geniet van de liefde van mijn kind! Wat een zorgzaamheid. Feilloos aanvoelend dat mama en broertje even zijn uitgeschakeld.

Als ik me wat beter voel ga ik hem knuffelen en vertellen hoe lief ik dat vindt.

PS. Een hoop pijn, veel schaafwonden, geen gebroken botten.

maandag 22 augustus 2011

Anders dan anders

Het is een zonovergoten dag. Vroeg in de morgen waren de voortekenen al te zien. De eerste mistige ochtend van het seizoen. Het inluiden van de tweede helft van de zomer is begonnen.

Ik rij de parkeerplaats op en parkeer de auto op de eerste parkeerplaats. Er staan aardig wat auto’s. Een vrouw staat bij de ingang van het gebouw. Mogelijk om verlate gasten op te vangen.

Ik steek mijn arm door de zijne en lopen samen richting het hek dat toegang biedt tot de rustplaatsen. Een vrouw en haar zoon lopen vlak achter ons aan. Ik houd het hek voor ze open. Een dankbare knik is het antwoord.


Als we het pad aflopen zie ik de boom. Ja daar moet het zijn. Het is heel stil. Alleen het geklak van onze voetstappen is te horen. Geen gefluit van vogels, geen hondengeblaf op de achtergrond, zelfs geen voorbijrazende auto’s. En alles is zo groen om ons heen. Tot volle bloei gekomen. Was het enkele maanden geleden ook zo’n kort stuk naar de boom? Voor mijn gevoel was het pad toen veel langer.

Dan staan we voor haar graf. Samen. Een naamplaatje aan het voeteneind laat zien wie hier begraven ligt. Straks vervangen door een mooie steen. We zijn stil en kijken naar de naam en de data op het plaatje. Vandaag, 22 augustus, haar geboortedag, zou ze 66 jaar geworden zijn.

We zijn nog even stil en lopen daarna via de andere kant richting de uitgang. Voor ons loopt een vrouw in lichtgebogen houding. Ik ken haar. Ze heeft vast het graf van haar man bezocht. Verder is er niemand te zien.

Een goed gevoel doorstroomd mijn lijf. Ik heb hier goed aan gedaan, ik weet het zeker. Het was niet makkelijk, dat niet, maar wel goed.

Als we terug zijn, zet ik de gele bos bloemen die ik heb meegenomen in een vaas midden op tafel. Prachtig zijn ze, haar lievelingskleur.

zaterdag 20 augustus 2011

Emoties, de vijf B's

We kennen vijf basisemoties. De welbekende vijf B’s. De B’s van bang, boos, blij, bedroef en beschaamd. Alle emoties zijn terug te voeren op deze basisemoties. Ik heb geprobeerd, wie niet, om meer emoties aan het lijstje toe te voegen, maar kom elke keer uit bij deze basisemoties.

Van jongs af aan ontplooi je deze emoties. Leer je met deze emoties omgaan. Maar niet iedereen krijgt de kans deze belangrijke basisemoties op de juiste manier te ontwikkelen. Ze komen niet tot volledige ontplooiing. Oftewel hebben ze niet geleerd met deze emoties om te leren gaan.

Veel mensen hebben een van de basisemoties, bewust dan wel onbewust, gekozen als veilige basismodus. Dit sterk afhankelijk van de manier waarop je bent grootgebracht, in welke omgeving je bent opgegroeid, maar ook belangrijke gebeurtenissen die hebben plaatsgehad. Deze veilige basisemotie is je overlevingsemotie.

Veel mensen hebben hier totaal geen notie van. Hebben totaal niet in de gaten dat ze continue terugvallen op hun basisemotie. Deze basisemotie was misschien vroeger functioneel, maar doordat de omstandigheden veranderen behoeft die emotie niet direct meer relevant te zijn. Sterker nog, kan zich tegen je keren.

Het teruggrijpen naar deze emotie, zonder dat jij je daar bewust van bent, kan dus voor jezelf, maar ook voor je omgeving belemmerend werken. Je overlevingsemotie heeft geen nut meer.

Je emoties zijn uit balans en moeten weer een harmonisch geheel worden. Dat kan alleen als je het zelf in de gaten hebt of anderen je daarop wijzen. Dat betekent hard werken dus, want iets dat je je een heel leven eigen hebt gemaakt moet je nu loslaten.

Heel veel succes!
Ik ben nog wel even bezig!


woensdag 17 augustus 2011

Hoera, mijn eerste CWO diploma!

Terwijl de zon mijn lijf verwarmt loop ik langzaam de dijk over, langs de toiletgebouwen en het eerste veld met caravans. Bij het volgende veld kijk ik even over het water en als ik niets zie loop ik door naar het daaropvolgende veld onderwijl bedenkend dat het een prachtige camping is. Weer niets op het water te zien. Ja enkele zeilboten die volop gebruik maken van de windkracht. Op de achtergrond een klein vrachtschip.

Als ik de bank heb bereikt ga ik even zitten. Wat is het hier heerlijk. Vlak voor me speelt een hond met het riet langs de kant van het water. Een eindje het water in, op een veilig afstand van de hond, zie ik een stel zwanen met hun drie jongen. Als ik even blijf kijken zie ik vijf achterkantjes omhoog staan. Het is een kostelijk gezicht. Nog net in mijn blikveld zie ik een aantal wilde konijnen hun toevlucht in de struikjes nemen.

Dan wordt mijn oog getrokken naar het doel van mijn bezoek. Verderop in het water is een groepje kinderen druk bezig. Ieder in hun eigen optimist. De zeilen zijn al afgebroken, maar er moet nog van alles gebeuren. Ik sla genietend de kinderen gade. Wat is het kostelijk als je kind kan genieten van zeilen.


Eenmaal aan de kant moeten de kinderen het zeil netjes opvouwen, het touw er omheen draaien en de geleerde knopen maken, zodat alles goed bij elkaar blijft zitten. Daarna wordt het zeil netjes opgeruimd.

Het is tijd om zoonlief op te halen. De zeilinstructeur vraagt om de vorderingsstaat van zoonlief. Als zoonlief klaar is komt de zeilinstructeur naar hem toe en geeft hem zijn vorderingsstaat terug, met het compliment dat hij weer een puntje gehaald heeft.

Met grote ogen kijkt zoonlief naar de binnenkant van zijn vorderingsstaat. Geen puntje erbij, maar zijn diploma gehaald, zijn eigen dikverdiende CWO-diploma …

Gefeliciteerd lieverd, wat heb jij een doorzettingsvermogen!

maandag 15 augustus 2011

Rodelen en kriebeltjes

‘Mam ga je mee naar de rodelbaan?’ Slik, wat moet ik nu zeggen. Nee lieverd ik heb geen zin. Of, nou kind morgen, ik beloof je dat we morgen gaan rodelen. In de hoop dat hij het tegen die tijd wel weer vergeten is. Of moet ik zeggen dat ik het best een beetje eng vind en ze maar met hun vader moeten gaan. Niets van dat alles. Ik zet me over m’n angsten heen en antwoordt zoonlief stoerder dan ik mij voel: ‘Dat vind ik een heel goed idee lieverd we gaan.’

We lopen door het prachtige bos naar de rodelbaan. Op een enkele plek is door het vochtige weer een paddenstoel omhooggeschoten. Hij staat er een beetje verloren bij, dat wel. Vogelgeluiden te over. De jongens laten ook hun uitgelatenheid in het bos doorklinken. Ze gaan al limbodansend onder de slagoom door.

Zodra de rodelbaan in zicht komt zegt zoonlief: ‘Mam ik ben acht dus ik mag alleen.’ Eh alleen? Daar komt dus niets van in. Ik laat toch mijn zoonlief niet in z’n eentje van zo’n snelle rodelbaan gaan? Ja remmen doen ze allemaal … zeggen ze. Maar hoe moet ik hem dat nou liefjes vertellen?

De oplossing volgt drie minuten later. ‘Heeft u een paspoort mee mevrouw?’, vraagt de kaartverkoper. Die heb ik niet mee en dus mag zoonlief niet alleen van de rodelbaan. Ik haal opgelucht adem. De bakjes zitten los op de rails en als je dus te hard gaat, kan het bakje de bocht uit vliegen.

Zoonlief vind het gelukkig geen enkel probleem en even later gaan we met z’n tweetjes naar beneden. Zo’n eerste keer heb ik de hendel meer dan vaak ter hand genomen … De tweede keer, met de jongste die boven stond te wachten, ging het al een stuk beter.

Echt ik word hier nog bedreven in. Maar die kriebeltjes in mijn buik hé als het echt hard gaat. De jongens hebben het nergens over. Hoe harder hoe beter …

donderdag 11 augustus 2011

Vakantiebloemen (deel 2)

Vol inspanning sta ik vlak voor een prachtige bloem. Natuurlijk in een onmogelijke houding. Mijn toestel gereed. Het is nu wachten op de wind die gaat liggen. Want met deze wind verdwijnt elke keer de bloem uit beeld.

Zodra het enigszins mogelijk is, klik ik. Met in dit geval het risico dat de bloem buiten beeld verdwenen is. Nog een keer proberen, het moet toch lukken. Opnieuw in een onmogelijke houding. Ik blijf wachten, terwijl de kinderen zich vermaken bij een fontein, even verderop.

Ik zucht eens diep, want ik krijg pijnlijke spieren van deze houding. Ik moet en zal deze bloem in beeld krijgen. De aanhouder wint, hoewel ik het bijna had opgegeven. Tegen zo'n dappere wapper valt weinig in te brengen. Maar ook de wind heeft z'n rust genomen en dus zag ik mijn kans schoon. Het is een prachtig plaatje geworden.

Nu even flink uitrekken om daarna de pijnlijke spieren wat rust te gunnen.









zondag 7 augustus 2011

Vakantiebloemen (deel 1)

Een van de dingen die standaard mee gaat is het fototoestel. Stel je voor dat ik wat leuks zie en ik kan het niet vereeuwigen. Spijt als haren op mijn hoofd als ik dat leuke moment, dat pittoreske plaatsje, die mooie bloem niet zou kunnen vastleggen.

Ik hoor de kinderen en manlief alweer zuchten als ik het toestel weer ter hand neem. ‘Mammm doorlopen, niet de hele tijd foto’s maken. We wachten niet op je hoor!’ En daar gaat mam weer. Na dat ene toch wel erg belangrijk plaatje geschoten te hebben ga ik op een drafje achter manlief en kids aan, die in de korte tijd dat ik een foto heb genomen verbazend rap vooruit zijn gekomen. Of heb ik soms langer over het schieten van een foto gedaan, dan ik gedacht had?

Tijdens onze korte vakantie in Duitsland heb ik volop bloemen bewonderd en vastgelegd. Er zijn er meer dan genoeg mislukt, maar ook foto’s die het delen waard zijn. Hier het eerste deel van mijn vakantiebloemen.






donderdag 4 augustus 2011

Dierbare herinnering! (precious memory)

Als ik langs het dressoir loop vang ik haar blik. Ik wil doorlopen, maar loop terug om de foto, voor de zoveelste keer, goed te bestuderen. Het grijze haar ligt als een gouden krans rond haar hoofd. Haar ogen stralen achter haar bril, lijken het moment in te drinken. De ketting om haar hals past precies bij de blouse die ze aan heeft. Ze houdt haar hoofd een tikkeltje schuin en laat haar tanden zien terwijl ze lacht. Haar gezicht wordt getekend door een enkele rimpel, maar dan alleen bij de ogen en de mond. Het gezicht licht gebruind.


Wat zomaar een foto lijkt, is voor mij een dierbare herinnering. Wat niet te zien is op de foto is dat ze ernstig ziek was. Niet meer op haar benen kon staan van vermoeidheid, maar ze wilde dit perse. Een herinnering neerzetten voor, wat al veel te gauw bleek, de achterblijvers.

Elke dag denk ik aan haar en ben ik een beetje verdrietig. Ergens diep van binnen, het is niet aan me te zien en toch is het er. Iedereen gaat weer door met leven, ja ik ook. Een enkeling vraagt hoe het met me gaat en kan ik even over haar praten. Het doet me verdriet dat ‘het erover praten’ steeds minder wordt. Ik begreep niet goed waarom, tot broerlief vanochtend met een citaat aankwam.

Uit het boek ‘De zwarte met het witte hart’ van Arthur Japin: ‘Mensen denken dat herinnering verdriet brengt. Het tegendeel is waar. Verdriet kom met het vergeten.’