dinsdag 20 juli 2010

Een goed begin …

Voorbereiding is alles. Maar dat is nou net iets waar ik niet zo heel goed in ben. Althans, als het gaat om de voorbereiding van onze vakantie. De meeste mensen zeggen: ‘Een goed begin is het halve werk.’ Maar mijn begin is nooit goed, want ik begin meestal aan het einde … Ik stel het begin, oftewel de voorbereiding, het liefst zo lang mogelijk uit en denk er pas aan op het moment dat het eigenlijk al te laat is.

Toch is dat niet helemaal waar. Want u kent vast het punt van het roze olifantje wel. Als u gezegd wordt dat u niet aan een roze olifantje mag denken, doet u vast en zeker niets anders dan toch aan dat roze olifantje denken. En zo is het met mijn vakantie ook. Ik denk er veel aan, omdat ik mijn uiterste best doe er vooral niet aan te denken. En dan heb ik het met name over de voorbereiding.



Waarom eigenlijk. Nou ik vind het spannend om op vakantie te gaan. En als ik er maar niet mee bezig ben, hoef ik er ook niet over na te denken. Als ik het spannend vind, dan stel ik het dus uit, maar het blijft me hoe dan ook achtervolgen.

Omdat ik dit van mezelf weet en de achterliggende tijd mij die ervaring heeft gegeven, probeer ik nu door middel van briefjes en lijstjes orde in de chaos te scheppen. En ik moet zeggen … het helpt. Ik heb nu zelfs plezier in de voorbereiding van onze vakantie.

Maar ik kan me nog zo goed voorbereiden, op sommige punten van een reis kan ik geen controle uitoefenen. Dé reden waarom ik op vakantie gaan zo spannend vind. Het gaat dan om het verloop van de reis. Zullen er geen ongelukken gebeuren en komen we weer gezond thuis? Daarom vraag ik altijd mijn Gids mee en zeg ik tegen anderen en nu tegen u: ‘Een fijne vakantie en een behouden thuiskomst.’

woensdag 14 juli 2010

Volop zomer ...

Het is stil in de straat. Een enkele fietser komt voorbij. Geen vogel fluit op dit uur van de dag, want het is echt bloedheet. Twee katten maken ruzie en dat is dan ook het enige geluid dat te horen is. Zelfs voorbijrijdende auto’s ontbreken. Wat is er aan de hand?

De kinderen willen niet naar buiten, ze spelen het liefst binnen. Nou ja spelen, het is meer hangen. Want het veelgehoorde op dit moment is: ‘Mam we weten niets te doen.’ En de ideeën van mamlief zijn inmiddels tot het nulpunt gedaald. Is het prachtig weer, willen ze niet buiten spelen. Ach, ik kan ze ook eigenlijk geen ongelijk geven, want een leuk voetbalpartijtje met dit weer zit er niet in. Maar dan komt er een vriendje langs om te spelen ... altijd leuk!

De hortensia staat er prachtig bij, evenals de Phlox, de Hosta en de Salvia. De blauwe regen bloeit nu voor de tweede keer. Prachtig die paarse, roze en witte kleuren in onze tuin. Af en toe wat geel, maar dat vind ik niet passen tussen dat wit, paars en roze. Die zullen in de toekomst plaatst moeten maken voor een bijpassende kleur.



De ramen en deuren staan lekker tegen elkaar open, want er staat, ondanks de warmte, een heerlijk briesje. De was droogt buiten en de rest van het huishouden … kan wachten, tot de avond, wanneer de temperatuur tot huishoudniveau gedaald is.

In deze tijd van het jaar is niets zo lekker dan, al dan niet met een goed boek, buiten te zitten in dat gedeelte van de tuin dat schaduw geeft en waar ik tegelijkertijd een windje vang. Gewoon genieten van zon, wind, bloemen, de kids die nu lekker aan het spelen zijn en … het niets doen. Ik hoef helemaal niets. Dit is voor mij op en top vakantie vieren! Nu u nog …

zondag 11 juli 2010

Het tijdelijke of het eeuwige?

Het is bloedheet, de spanning hangt in de lucht, want over een klein half uur begint het wereldkampioenschap voetbal. Voor degenen die het nog niet weten … Nederland - Spanje.

De tuindeuren staan open en ook onze voordeur hebben we open gezet om maar het kleinste beetje wind te vangen dat er door de lucht geblazen wordt. De vuvuzela’s zijn nu onafgebroken te horen. Ik zie regelmatig mensen in het oranje langslopen die ongetwijfeld bij vrienden of familie voetbal gaan kijken. De feeststemming zit er dus goed in.

En wij? Tuurlijk gaan wij ook kijken. De kinderen mogen smarties op tafel zetten en chocolade oranje leeuwtjes. Wij gaan aan de koffie, ondanks de hitte, en de kinderen aan de limonade. We gaan vol spanning kijken en genieten van de wedstrijd. We verheugen ons er echt op en kijken nu al vast naar de voorprogramma’s.

Maar ik ben vanavond wel aan het denken gezet. Drie kwartier geleden zat ik nog in de kerk naar een preek te luisteren. Daar haalde de dominee aan dat Jezus zegt: ‘Waar je schat is, daar zal ook je hart zijn.’ Dat is niet zo gek te denken in deze tijd van voetbal en wielrennen en alle andere ‘tijdelijke’ zaken.

Zijn we niet allemaal vol van het wereldkampioenschap voetbal? En als het niet van het voetbal is, dan wel van het wielrennen. Is het niet van een sport dan wel van onze auto, het huis, onze kleding of iets anders dat mogelijk onze status en ons levensgeluk kan verhogen. Maar het hoeft nog niet eens materialistisch te zijn, we kunnen ook heel vol zijn van anderen. Zo vol zelfs dat we ze willen imiteren.

Maar vanavond ben ik weer met beide benen op de grond gezet. Ik ben er weer bij bepaald wat werkelijk belangrijk is. In de preek werd de volgende tekst aangehaald:

‘Hij weet niet wat hij verliest,
die het tijdelijke voor het eeuwige verkiest,
want als het komt tot scheiden,
heeft hij geen van beiden.

Ik vroeg me wel even af of ik wel op een goede manier geniet van ‘tijdelijke’ zaken als de wedstrijd Nederland – Spanje. Want ik realiseer me dat ik veel te vaak bezig ben met ‘tijdelijke’ zaken. Daarom is het maar goed,op een dag als vandaag, te worden bepaald bij: ‘Waar mijn Schat is, daar is ook mijn hart.

En de wedstrijd? Verlenging …

donderdag 1 juli 2010

Uit handen geven

Als ik het schoolplein op loop zie ik mijn zoon al aan komen rennen. Oeps … te laat, volgende keer eerder van huis. Gelukkig kan het zoonlief niet zo veel schelen. Hij rent mijn armen in voor een intense knuffel, drukt zijn rugtas in mijn handen en vraagt of hij onder het wachten op het klimrek mag spelen. Terwijl ik een ‘Tuurlijk jongen, pas je wel een beetje op.’ mompel, zit hij al bijna op het klimrek met z’n beste vriendinnetje. Verbazingwekkend zo snel als ze bovenop dat toestel zitten. Ik vind het een gevaarlijk speeltoestel. Ik heb het nog niet gedacht of een van de kinderen valt met een doffe klap op de mat. Een oorverdovend gebrul volgt. Ik wil tot actie overgaan, maar zie de moeder van de jongen al aan komen rennen.

Zijn er niet wat veiliger toestellen? Van die dingen die wat lager bij de grond zijn, met hele dikke matten er onder? In ons dorp staan hele leuke, maar, in mijn ogen, oh zo gevaarlijke speeltoestellen. Neem nou die kabelbanen. Ik zie het zo gebeuren dat mijn kind door de snelheid tussen beiden palen door wordt gelanceerd. Of erger nog, om een van de palen wordt geslingerd. Ik geeft toe dat mijn moederlijke bezorgdheid met me op de loop gaat. Terwijl ik dit bedenk wil zoonlief naar de duikelstang om z’n kunsten te vertonen. Och heden nee, ik zie hem zo met z’n hoofd op de grond stuiteren. Wat natuurlijk niet het geval is, want, bezorgd als ik ben, loop ik gauw met hem mee.

Zoonlief nummer twee komt uit school. Hij wil ook wel even op het klimrek, maar nog voordat hij het ding bereikt heeft heb ik hem ervan weten te overtuigen dat we thuis een broodje moeten eten.

Ik schaar mijn kinders en loop naar mijn fiets. Maar bij de derde stap gaat het mis … ik struikel over een stoeptegel. En jawel daar lig ik bijna languit op het schoolplein. Ik weet niet hoe gauw ik mij weer moet herstellen om me de vernedering van al die geschrokken gezichten te besparen. Ik realiseer me meteen dat ik me wel zorgen kan maken over al die ‘gevaarlijke speeltoestellen’, maar een ongelukje zit in een klein hoekje. Daar is, zo blijkt maar weer, echt niet veel voor nodig.

Kortom het is onmogelijk om mijn kinderen tegen alle gevaren te beschermen. Ik realiseer me dat dit een kwestie is van uit Handen geven. Of beter gezegd … elke dag om Zijn bescherming vragen.